Wie wel eens als keyboardspeler op een podium staat, weet hoeveel daarbij komt kijken. Het gaat dan vooral om een breed assortiment sounds en snelle en heldere toegankelijkheid van belangrijke functies. Allemaal dingen waarin de nieuwe Roland V-Stage uitblinkt, blijkt uit deze Feature Review door Interface.
door Roland Schmidt
In februari van dit jaar werd de V-Stage door Roland als topnieuws gepresenteerd op de NAMM show in L.A. De twee V-Stage modellen waren gelukkig meteen daarna ook te koop. De met 88 gewogen toetsen uitgeruste V-Stage 88 richt zich vooral op de traditionele pianist; de V-Stage 76, met zijn 76-toetsen waterfall synthkeyboard zal eerder organisten en synthspelers aanspreken. Behalve een octaaf korter is de 76 ook zeven kilo lichter; het prijsverschil met de 88 is echter niet enorm groot.
Op een of andere manier ziet de V-Stage er meteen vertrouwd uit en zeker ook stijlvol met z’n rode accenten en zijpanelen. Beide V-Stage-versies zijn afgezien van de toetsen honderd procent identiek met de vier duidelijk gemarkeerde afdelingen op de fraai uitziende metalen behuizing. Die vier afdelingen noemt Roland ‘Parts’, en dan heb je het over: orgel, akoestische piano, elektrische piano en synthesizer. De synthafdeling is dubbel uitgevoerd, dus je kunt twee synthklanken tegelijk gebruiken. Alle vier de Parts hebben ongeveer dezelfde uitgebreide fx-afdeling, maar er is ook nog een effectafdeling voor de stereo output met onder meer eq en compressie.
Bij de keuze tussen de twee uitvoeringen zal de keyboardfeel normaal gesproken beslissend zijn, maar het verschil van zeven kilo in gewicht kan zeker meetellen als je je geen roadie kunt veroorloven! De 88-toetsenuitvoering is natuurlijk volledig gewogen met hammer action en escapement, dat helemaal afgestemd lijkt op akoestische pianoklanken. Opvallend is dat aftertouch hier ontbreekt. De 76 is semigewogen met speciale velocity-detectie en een waterfall-feel. En de 76 heeft wel aftertouch!
Pianospelen met de 88 voelt geweldig aan, maar je moet natuurlijk wel harder werken dan op de semigewogen variant. Die V-76 is prima bespeelbaar en responsief, maar hij bonkt wel een beetje als je stevig loos gaat.
Subtiele details
Gelukkig heeft de afdeling akoestische piano een onbeperkte polyfonie, dus je kunt met het sustainpedaal noten blijven toevoegen zonder vrees voor ‘note-stealing’. De a-piano’s bestaan niet zoals gebruikelijk uit samples maar zijn gemodeld. Dat klinkt niettemin heel natuurlijk maar biedt meteen de mogelijkheid om zowat elk aspect van de klankkleur bij te stellen tot in de subtielste details; een droom voor elke programmeur! Afgezien daarvan kun je zo ook de klank helemaal finetunen voor een optimale klank op allerlei soorten PA’s die een pianoklank soms behoorlijk kunnen knijpen. Bij de presets vinden we natuurlijke fraaie vleugels en pittige uprights, maar ook een schitterende Felt Piano. Die werkt waanzinnig goed voor ballads en soundtracks.
Rechts van het display, dat je overzichtelijk door het instrument leidt, komen we bij de elektrische piano’s. Daarin natuurlijk Rhodes in talloze jaargangen en veel custom-tuned Dyno-uitvoeringen, de onmisbare Wurlitzers, veel fm en andere digitale versies en een collectie Clavinetten. Naar een CP-80 zoek je tevergeefs, maar die zit verwarrend genoeg wel in de synthesizerafdeling. De elektrische piano’s klinken erg indrukwekkend, mede dankzij de effectafdeling met tremolo’s, versterker-emulaties en een ruime collectie andere effecten. Presets kiezen werkt simpel en het kraakheldere display biedt steeds alle relevante informatie. Favoriete sounds kun je met één knopdruk categoriseren als Favorite voor directe toegang.
Trekstangen en Zen
Ook bij de orgels is de polyfonie onbeperkt en het assortiment aan orgelmodellen is lekker breed: toonwiel-, transistor- en pijporgels. Ook hier beschik je over distortion, waarvan de hoeveelheid met een dedicated draaiknop instelbaar is. Er zijn ook negen drawbars, die prima functioneren, maar geen ‘klikstanden’ hebben. Jammer genoeg kun je ze niet gebruiken om er midi controller-data mee te versturen. De rotor van de Leslie bestuur je in de orgelafdeling zelf; via twee stevige knoppen bij de pitchbender en tevens via een pedaal. Hammond-sounds spelen met de V-76 is een waar feest; snelle loopjes en glijers zijn een fluitje van een cent. Kortom de 76 is een topper voor orgelfreaks.
De afdeling synths valt relatief wat basic uit, maar zeker niet als ’t op klankvariatie aankomt. Je krijgt 400 Zen-Core sounds met natuurlijk de optie om dat naar hartenlust uit te breiden met allerlei titels uit de Roland Cloud. Voor podiumgebruik is het gelukkig enorm eenvoudig om een pad of synth onder een piano te layeren. Hieruit blijkt weer dat Roland echt snapt wat de giggende toetsenist nodig heeft. Qua parameters is de Synth Part nogal beperkt; twee attack/release-draaiknoppen en eentje voor filtercut-off. De resonantie kun je ook bijregelen, maar dan moet je de cutoffknop verdraaien terwijl je de shiftknop ingedrukt houdt. Dat is natuurlijk totaal onpraktisch. Compensatie voor de beperkte editing is wel dat je twee synths hebt; als je die layert, worden je klankopties een stuk groter.
Showtime
Aangezien de vier secties zo duidelijk gemarkeerd zijn, is het ook heel makkelijk om ze aan of uit te zetten. De meeste knopjes zijn voorzien van wit licht; de aan/uitknoppen van de Parts lichten rood op. De kans dat daarmee je de mist in gaat is dus minimaal.
Met al die Parts en sounds is organisatie essentieel; een complete set-up sla je op in een van de 512 Scenes met daarin actieve sounds plus instellingen inclusief effecten. Je kunt 512 Scenes in een keten zetten om zo je setlijst voor te bereiden.
Roland heeft er voor gekozen om diverse minder voor de hand liggende maar erg handige functies toe te voegen, waaronder optimale communicatie met Apple’s MainStage. Via de usb-c-poort kun je MainStage vanaf de V-Stage bedienen. Er zijn verder enkele usb-a-connectors voor dataopslag of direct aansluiten van een usb-controller. En thuis in de studio kan de V-Stage ook meteen weer uit zijn flightcase, want hij heeft een ingebouwde audio-interface voor gebruik met je daw. Die interface heeft zelfs een microfooningang, die live trouwens ook erg goed van pas kan komen.
Conclusie
De Roland V-Stage klinkt superb en blijkt een goed doordacht pro-keyboard dat vlijmscherp op de behoeften van de live muzikant is toegesneden. In de praktijk komen de klanken authentiek over en ze werken perfect in elk arrangement. Je krijgt ook allerlei mogelijkheden om tijdens het spelen dingen aan te passen: zoning, layering en splitting op elke positie is zo gebeurd, met het centrale display als helder infopunt. Rest de vraag welk toetsenbord? Dat komt neer op wat je speltechniek is. Als je van origine een pianist bent, zal de gewogen feel van de V-88 je over de streep trekken. Wie opgegroeid is met synths en/of zich gelukkig voelt op een Hammond-klavier, komt met de V-76 helemaal aan z’n trekken.
HET OORDEEL
Richtprijs: V-Stage 76 € 2.999,- | V-Stage 88 € 3.199,-
SPECIFICATIES
* 88 keys gewogen klavier (V-Stage 88) of 76 keys semigewogen (V-Stage 76)
* 4 parts; a-piano, e-piano, orgel, Zen-Core synth
* 4x m-fx plus master-fx
* stereo-out en 2x sub-out
* mic-input met gain
* stereo line-in
* usb-c voor midi en audio-interface; usb voor datadrager; 2x usb voor
controllers
* midi-i/o
*4 pedaalinputs
afmetingen (bxdxh) en gewicht
Deze test is eerder verschenen in Interface 269, juni-juli 2025, te bestellen in onze webshop Muziekmagazines.nl.
Meer informatie kun je op de site van Roland vinden.
Distributie: Roland Europe Group
@rolandbenelux
@rolandglobal
Videodemo door Roland: