Jett Rebel en Tony Platt over de opnames van Hits for Kids

Eén rebel & één oude rot

xtra 27-11-2014 09:11

Hij is een van de Nederlandse succesnummers van 2014, en dat terwijl het kortgeleden verschenen Hits For Kids officieel zijn debuutalbum is. Interface sprak met jonge doe-het-zelf-held Jett Rebel in zijn studio. Lees het interview in Interface 184, december 2014. In dit artikel op Interface.nl kun je de playlist luisteren inclusief Hits for Kids, de trailer van de IDFA-documentaire Who The Fuck is Jett Rebel, een videointerview met Tony Platt over zijn AC/DC productie én extra interviewcitaten uit het gesprek met Jelte Tuinstra waarvoor in Interface geen plaats meer was.

3FM-knuffel, podiumsensatie van Noorderslag tot Lowlands; of we de nieuwe albumtitel Hits For Kids letterlijk moeten nemen zal nog blijken, maar feit is dat de kids Jett Rebel in 2014 op handen hebben gedragen. Jett Rebel, dat is Jelte Tuinstra: een hyperactieve 23-jarige, overlopend van de creativiteit. Multi-instrumentalist, muzikale omnivoor, kind van musicerende ouders, opgegroeid in Baarn. Zijn hele leven lang bouwt hij al liedjes uit funk, pop, classic rock en nog veel meer genres. Sixties, seventies en eighties lopen vrolijk door elkaar, en omdat niemand die gedachtestroom bij kan houden was het een kwestie van tijd voor de band Jett Rebel de soloartiest Jett Rebel werd. Hij bedenkt en creëert zijn muziek geheel zelf, en als het tijd is om op te treden komen zijn – overigens uitstekende – begeleiders pas in beeld.

Hits For Kids is in feite zijn eerste album. De ep’s Venus en Mars werden ook samengevoegd uitgebracht, maar zijn apart van elkaar opgenomen. Tuinstra schreef, speelde, zong en produceerde Hits For Kids dus zelf, maar riep vervolgens de hulp in van de gerenommeerde Engelse opnametechnicus Tony Platt bij het maken van essentiële keuzes. Lees over de samenwerking met deze Eneglede producer in Interface november, en bekijk verderop in dit webartikel een videointerview met Platt over het werken met AC/DC.  


Met Jett Rebel boomden we nog even verder... 

Om mij een idee te geven, wat is het nummer met de meeste sporen? Ik kan me bijna niet voorstellen dat je ergens meer dan 48 sporen hoort.

 

‘O zeker wel! Ik wilde dat het een plaat was waar ik veel in kon stoppen maar ik wilde ook niet dat het te veel was om te luisteren. Vaak zijn sounds gewoon verbreed, dan hoor je één gitaar en zijn het er tien. Niet per se om het dikker te laten klinken maar misschien omdat ik niet de goeie gitaar bij de hand had en het moest aanvullen met dit of dat. Doorshapen. En dan heb je net dat haaltje dat eigenlijk een foutje was, maar het helemaal af maakte. Die foutjes kun je niet naspelen. Dus die moesten ook bewaard blijven. Juist dat aspect wilde ik naar voren laten komen. Heel veel partijen zijn zo geïmproviseerd, heel intuïtief gespeeld. Partijen vanuit een heel oorspronkelijke overtuiging.’

 

Hoeveel tijd steek je in het componeren en arrangeren?

‘Neem een nummer als Gwen, dat is bijna als een klassiek stuk geschreven. Zeker de instrumentale brug en alle partijen die daar door elkaar lopen. Zoiets schrijf ik voornamelijk aan de piano. Maar dan zijn er ook heel veel meerstemmige gitaarpartijen en dat is een stuk rationeler dan alleen een akoestische gitaar.
 

 

‘In een nummer als Sister is eigenlijk elke partij een one-taker op elkaar. In een gitaarsolo waar alles gecomponeerd is kan dat natuurlijk niet. En qua tijd? Ik heb nummers in een dag geschreven en opgenomen, maar met bijvoorbeeld Secret ben ik wel twee jaar bezig geweest, beetje bij beetje. Dat nummer heeft tijd nodig gehad om bij mijzelf een plek te vinden. Pas vrij recentelijk snap ik waar de tekst over gaat. Dat is lang bijschaven geweest. Dus ik heb lijsten vol, die noem ik dan ‘Hits For Babies’ of ‘Hits For Headphones’. Ik heb een cd die heet ‘Hits For Kids World’, zo’n veertig tracks die allemaal een soort van wereldthema hebben. Dat zijn m’n eigen outtake-cd’s, grappig om te verzamelen en te sorteren, met allemaal onuitgebrachte liedjes.’

 

Nou, je lijkt goed georganiseerd. Raak je wel eens dingen kwijt?

‘Ik heb nog vier computers waar veel op staat. Het is er wel allemaal weet ik, maar het is ook zo veel. Ik vind soms een computer terug en besef dat ik daar ook gewoon een jaar vol op heb gewerkt.’

 

Nou moet je het nog gaan spelen. Je gaat het aan je band uitleggen.

Ja dat is nu. Het is heel grappig ook om met een band te spelen en zo veel tijd met ze door te brengen, maar toch op gegeven moment te komen met: ‘‘Dit is de nieuwe plaat jongens.’’ In plaats van wat je normaal hebt, repeteren voor nieuwe nummers. Het was heel spannend want ik hoopte natuurlijk dat ze het vet zouden vinden. En ze vonden het heel vet, het is wel uitdagend en ik merk dat ze veel zin hebben. Rick is de meest virtuoze drummer van het land maar hij krijgt nu wel partijen op z’n dak die alleen maar kick-snare zijn een nummer lang. Dat is dan voor hem gek genoeg misschien een uitdaging. Het is wel een soort van vette vibe waar we met z’n allen in moeten duiken. Er zit veel meer een idee achter deze plaat dan achter Venus en Mars, in die zin dat ik een willekeurig nummer van Venus en Mars makkelijker op de schop kan nemen op het podium dan een nummer van deze plaat. Ik kan niet makkelijk zeggen: ‘‘Dit is een nummer van Hits For Kids dat gaan we nu in swing-uitvoering doen,’’ want dat mag gewoon niet, er is namelijk een reden dat het op zo’n manier is gespeeld. Veel meer dan ‘dit zijn liedjes.’

 

Dit voelt meer als een stuk van jezelf, dit album?

‘Ja, dus in die zin iets minder vrijheid van interpretatie op het podium. Het is een beetje ingetogen, en als je gewend bent allemaal festivalcrowds op te laaien, is het best wel spannend om met een paar kleine liedjes te komen.’

 

Je hebt heel goed in je vingers om iets klein te beginnen en het dan te laten exploderen, maar dat kun je dus nu niet doen, je kunt niet elk nummer zo’n bewerking geven.

‘Nee, er zijn natuurlijk nummers waar het wel kan, maar er kunnen weer totaal andere dingen. We zijn van plan heel lang te gaan spelen in de toer, hele uitgebreide shows. We gaan gewoon de grenzen op zoeken, hoever kunnen we gaan met z’n allen?’

 

Het 'windorgel' waar Jett Rebel Baby op speelt 'heeft een heel mooi karakter, je hoort de vogeltjes buiten en het geluid van dat ding.'

Waar heb je ‘m vandaan als ik vragen mag?

‘Ik werkte in een orgelwinkel in Baarn, en die waren importeur van dit merk, Wersi, een Duits orgelmerk, die maakten oorspronkelijk zelfbouworgels. En deze was helemaal modern toen ik daar werkte, er zit een computer in. Wersi maakt vooral van die entertainmentbakken. Ik heb dit voor de cornyness hier van. Want nu van de samples met slides tussen de gitaar is natuurlijk ontzettend naar, maar uiteindelijk word dat de nieuwe vintage want dat vonden we tien jaar geleden chique soundjes, nu denken we ‘iel’, dus ik moet een manier vinden om dat hip te laten klinken. Maar als er dan in die winkel een Juno 60 of een MiniKorg 700 binnenkwam, dan zeiden ze: ‘‘Wat moeten we met die ouwe zooi, neem maar mee naar huis.’’ Ik was toen veertien/vijftien en ik kreeg zo een analoge synth mee naar huis en dat was magisch! Ik kreeg niet veel betaald, maar ik kreeg gewoon een ouwe synth die ze niet meer wilden.

 

 

Er vallen af en toe functies uit neem ik aan? Die moeten weer gesoldeerd worden?

Ja deze is vooral kapot omdat hij mee naar Indonesië is geweest. Op de toer komen er ook een CP70 en een Rhodes op het podium, en nog twee digitale synths. Dus dat wordt wel weer een toetsenfantasyland.’

 

En het toetseneiland dat hier nu niet is?

‘Dat is een Rhodes en een Ensoniq. Een Ensoniq is een beetje het verlengde van een DS-7 syntheseachtig maar nog net ietsje meer highs. En ik had dat toen erg nodig als je veel met een Juno opneemt. En ik had ten tijde deze Universal Audio 2-610, twee buizenkanalen, dus alles was superwarm. En op een gegeven moment dacht ik: ‘‘Ik heb wat tophoog nodig, wat naar tophoog.’’ En toen had ik op een gegeven moment die Ensoniq en die Avalon en toen was het er opeens. Dat is de high end van de plaat geworden. Op een hele spooky manier want het klinkt ergens heel cheap, soort van bellerig maar toch digital, nouja whatever. Ik ben vaak op zoek naar dingen die naar klinken.’

 

En deze Sontronics, is dat je demomicrofoon?

Nee dit zijn de microfoons die ik gewoon gebruik. Niet veel meer dan dit. Ik had eigenlijk nog een cheapere ribbon die ik veel gebruikte. Deze is ook cool, de AKG J.J. Cale mic. En deze kickdrummic vind ik cooler op zang omdat ‘ie een beetje compresst. Cheape mics en goeie kastjes. Ik heb ook niet meer dan drie kanalen gebruikt. Vaak een ribbon daar en een condensator hier en een kickmic. Meer is het nooit geweest.

https://www.jettrebel.nl

https://www.platinumtones.com/ (Tony Platt)

https://www.airstudiosmastering.com/engineers/ray-staff/ (Ray Staff, master engineer)

 

Documentaire
Op het IDFA documentairefestival is in november 2014 'Who The Fuck is Jett Rebel in première gegaan, inclusief fragmenten van de opnames met Tony Platt. Te zien op Uitzending Gemist, klik hier. Trailer hieronder. 

 


Tony Platt - A legend talks on camera about AC/DC Back In Black
 

 

Hit for Kids, het hele album: 
 

zoeken
zoeken