Review van de Pioneer VM-50 studiomonitors

Maak je eigen clubsound

Merknieuws 27-09-2021 13:09

Pioneer presenteert met de VM-serie een nieuwe lijn actieve monitorspeakers die niet alleen bedoeld is voor dj’s, maar die ook perfect zou zijn voor in je studio. Bij Interface kregen we ze binnen om te testen. De review kan je al vinden in Interface 246, augustus-september 2021. Nu ook hier op Interface.nl.

door Ruud Lekx

Pioneer zal bij veel producers niet het eerste merk zijn dat opkomt wanneer ze aan monitorspeakers denken. Cd- en mediaspelers, dj-mixers, draaitafels: Pioneer heeft een stevig aandeel in de dj-markt als het op afspelen aankomt, maar het moet op andere gebieden nog flink aan de weg timmeren. Ze maken natuurlijk al wel de Toraiz synth en SP-16 sampling sequencer. Speakers voor de home dj-markt maakt het merk natuurlijk al jaren, maar met de nieuwe VM-serie wordt er duidelijk gemikt op de serieuzere studioproducer, en niet alleen op de thuis-dj die vooral lekker wil knallen.

Er zijn drie modellen in deze nieuwe VM-serie: de VM-50, 70 en 80, waarbij het getal de doorsnede van de laagspeaker in inches aangeeft. We bekijken hier de VM-50, die behalve in saai zwart ook leverbaar is in smetteloos wit. Op zich is zo’n kleiner model een prima graadmeter om te kijken wat de serie kan: gaat dat goed, dan zijn de grote jongens waarschijnlijk ook wel in orde.

Eerst maar even de teaservideo van de fabrikant, dan weet je waar je mee te maken krijgt:



Dsp-circus
Het gaat bij de VM’s om actieve 2-wegmonitors voorzien van een dsp-chip waarmee de eq-curve kan worden aangepast. Nu zal de verstokte purist wellicht afkeurend mompelen over dergelijke digitale nieuwlichterij ‒ mijn eigen drie monitorsets zijn passief en minstens twintig jaar oud, met een veertig jaar oude versterker als vertrekpunt. Ik geloof er echter ook heilig in dat je in principe met elke soort monitors en speakers prima kunt werken; het allerbelangrijkste is dat je je sound en je apparatuur kent. Onder het motto ‘als het hier goed op klinkt, dan klinkt het overal goed op’ zijn tenslotte ook de NS10’s en Auratones groot geworden.

En ik ben dus erg benieuwd wat je met speakers als deze kunt bereiken. Je kunt het hele dsp-circus natuurlijk altijd op neutraal zetten. Uit de presentatie van deze monitors blijkt dat de dj nog steeds een belangrijke doelgroep is. Pioneer belooft vol trots geluid ‘helemaal zoals in de club’, met als kenmerk ‘helder, vervormingsarm geluid met snelle basrespons’. Nou weet ik niet in welke clubs de Pioneer-tekstschrijvers komen, maar de meeste clubs waar ik kom of speel, hebben eerder het tegenovergestelde, maar dat terzijde… Er wordt vermoedelijk gerefereerd aan het hippe, grotere clubsegment (hoewel ook veel kleine clubs tegenwoordig indrukwekkende soundsystems hebben staan), maar als referentie is het wel grappig. Het lachen verging mij echter al snel toen ik de VM-50’s eens flink op hun donder kon geven. Want poeh poeh, dat systeem werkt eigenlijk best goed!

Neutraal
Eerst eens kijken naar wat de monitors te bieden hebben. De 5,25” (133mm) wooferconus is gemaakt van Aramidevezel (erg licht en daardoor snel), en de baspoort achterop is voorzien van speciale ribbels, waarvoor de naam Vortex Bass Accelerator is bedacht. In combinatie met de dome tweeter, die wat dieper in de speciaal gevormde solide aluminium voorplaat ligt, ontstaat een behoorlijk neutraal geluid dat ook wat minder gevoelig lijkt voor precieze plaatsing dan bij veel andere monitorspeakers. Niet dat je ze nou meteen achterstevoren kunt zetten, maar soms is een centimeter verschuiving al genoeg voor een ander geluid, en dat is hier zeker niet het geval. So far, so good.

De versterkers zijn van het klasse D-type met een 96kHz dsp en 30 watt vermogen. Dat lijkt bescheiden, maar omdat je ze toch eerder als nearfields gebruikt vanwege het formaat, is het meer dan zat. Ik kreeg er bij standje 2 of 3 al meer dan voldoende volume uit. Ik heb de VM-50’s eerst even een tijdje lekker laten inspelen. Of dat nu wel of niet nodig is, is onderwerp van discussie, maar het kan nooit kwaad.

Daar gaat ie weer
Als je dan met de dsp op standje neutraal eens goed gaat luisteren en vergelijken (voor de gelegenheid stonden er ook even KRK’s en Adams in de teststudio), vallen me onmiddellijk twee dingen op. Ten eerste hoe rustig en relaxed mijn passieve systemen klinken ten opzichte van de actieve, maar dat is ook een kwestie van gewenning en smaak. Ten tweede valt op hoe de Pioneers eigenlijk niets onderdoen voor de andere actieve speakers, zowel qua sound, stereobeeld als wat ik maar even ‘geluidsbeleving’ noem. Daar is namelijk meer dan prima mee te werken.

Emuleren van de clubsound
De dsp’s – vier standen voor hoog en vier voor laag – kun je natuurlijk gebruiken om akoestische problemen in je studio te compenseren, maar om eerlijk te zijn, zou ik dat toch liever anders aanpakken (plaatsing of demping bijvoorbeeld), want als je dat op speakerniveau doet, verbloem je het probleem alleen maar. Niettemin nuttig bij plaatsing in een hoek of om gehoorproblemen te corrigeren. Waar de dsp’s vooral heel erg geschikt voor zijn, is precies wat Pioneer claimt: het emuleren van een clubsound. Zet het hoog een klein tikje open, geef het laag een lekkere schop, gooi je volume een stuk verder open, en het is meteen een stuk effectiever dan op normale monitors de volumes openzetten. En het is ook zinvol bij het mixen, vooral als test: je hoort het meteen als de bassen niet lekker zitten of het hoog te schel wordt. Je zou kunnen beargumenteren dat je daarvoor als producer niet afhankelijk zou moeten zijn van een dergelijke speaker, maar alle beetjes helpen. In de muziek zijn er eigenlijk geen absolute regels: alles wat bijdraagt aan een gaaf resultaat, is toegestaan.

De Pioneer VM-50’s snappen een dj-set
Mocht je ook een dj-set in de studio hebben staan, dan zijn de Pioneers helemaal in hun element. Ze maken natuurlijk geen Club Berghain van je slaapkamer, maar ik merk altijd dat mijn PMC masteringspeakers dat soort dingen niet leuk vinden (je hoort ze bijna denken: ‘O god, daar gaat ie weer!’), maar de Pioneer VM-50’s snappen een dj-set wel degelijk. Ook daar: clubsound setting en gaan. En ze hebben power genoeg om dat ook buiten te doen in de tuin, op privéfeestjes, et cetera. Sowieso zijn er natuurlijk best veel gebruikers (onder wie ikzelf) die hun studiospeakers ook voor andere luisterzaken gebruiken, en dan is een dergelijke flexibiliteit wel erg cool. En nog een voordeel: alle drie de speakers zijn erg vriendelijk geprijsd.



Conclusie
Ik blijf monitortests op papier of beeldscherm altijd lastig vinden. Meer nog dan bij apparatuur is het een persoonlijke keus of de klank je aanstaat en vooral, of je ermee kunt werken. Dat zijn twee verschillende dingen: toen ik mijn eigen monitors voor het eerst thuis hoorde, was het een beetje van: is dit het nou?, maar inmiddels kan ik me niet voorstellen dat ik ooit zonder zou kunnen werken. De Pioneers zijn qua sound meer dan in orde, en ze zijn zonder meer geschikt voor studiowerk. De VM-50’s doen zeker niet onder voor vergelijkbare monitors van de meer voor de hand liggende monitormerken in dezelfde prijsklasse. De meerwaarde zit in de dsp-functies, en het ligt aan je muziek, of manier van produceren, of je daar wat aan hebt of niet. Als dat zo is, kan ik een luisterbeurt bij je plaatselijke dealer absoluut aanbevelen.

zoeken
zoeken